Een gedurfde stijl
Van de schets van een design tot de vergroting van de volumes, van lijnen tot geometrie, van realisme tot abstractie, van contrasten tot ongekende combinaties van materialen ... Zowel uniek als divers: de stijl van Cartier is voor iedereen herkenbaar.
In de verschillende episodes van L’Odyssée de Cartier onderzoekt het Maison haar eigen creatieve universum. In deze gedurfde serie korte films zijn ooggetuigenverslagen en archiefdocumenten te zien die de kijker meenemen op een zintuiglijke reis van de verbeelding.
De Cartier-stijl heeft een eigen woordenschat: de drie kleuren goud, de schroef, de kraal en de stud ... Esthetische kenmerken die steeds opnieuw worden uitgevonden, maar met een verankering in het erfgoed van het Maison.
De clou carré is al sinds de jaren 1920 een Cartier-icoon. Bijna een eeuw later staat hij centraal in een speciale collectie, Clash de Cartier, waar hij samen met studs en kralen een uniek geribbeld maaswerk vormt.
Cartier onthult met edele materialen de esthetische kracht en de symbolische dimensie van de schroef.
Geelgoud, roségoud en witgoud: een toonaangevende combinatie van het Maison die met name terugkomt bij de Trinity-ring, in 1924 bedacht door Cartier.
Glad of geribbeld, alleen of veelvoudig: het bolletje creëert meer volume en beweeglijkheid.
De juwelier weet overal schoonheid te ontdekken, zelfs in de soberheid van de haak- en oogsluiting die hij ontleent uit de wereld van de haute couture.
Cartier was één van de eerste juweliers die rond 1908 de baguette-slijpvorm gebruikte. De opvallende geometrische vorm van deze rechthoekige diamant werd al snel kenmerkend voor de stijl van het Maison.